Grondwettelijk molesteren

Demonstreren is een groot goed. En nog grondwettelijk gegarandeerd ook. Door niets en niemand mag dat gehinderd worden. Dat hebben we geweten.

Tractoren rukten op naar provinciesteden en de hoofdstad. Toegejuicht door het volk vanaf taluds en viaducten, etaleerden ze mobiel stevige teksten anti gevestigde orde. Onze agrarische beroepsbevolking blonk altijd al uit door een krachtige lobby tot ver voorbij Brussel en Straatsburg. Ze banjerden door kleine dorpjes, rammelden klinkers uit eeuwenoude steegjes, stoven over kerkbrinken en molesteerden monumentale deuren. Pas op met kritiek op dit ogenschijnlijk onwettige gedrag. Het is grondrechtelijk en er mag de trekkers geen strobreed in de weg gelegd worden. Toch kon ik me niet aan de indruk onttrekken dat het ze niet zozeer om de landbouw te doen was, maar meer om alles zo te laten zoals het was, is en moet zijn.

Voor de tsunami’s aan tractoren werd ons land in de greep gehouden door onderwijzers en leerkrachten die keer op keer het Malieveld bestormden. Hun boodschap werd in correct Nederlands in onze hersens gestampt: de werkdruk op de scholen is te ho-ooog, de klassen zijn te gro-oot, de salarissen te la-aag, maar het is het mooiste beroep ter wereld. Bij dat laatste keken ze lelijk. De kern van hun boodschap: de regering móét miljarden meer geven aan het noodlijdend onderwijs. Misschien heb ik iets gemist in hun politiek correcte verhaal waarmee iedereen het eens leek te zijn, maar wat ik ook miste was de boodschap: we willen er zélf geen salaris b-ij, alleen nieuwe col-le-ga’s.

De eerste coronagolf was nog maar net uitgespoeld, of een nieuwe protestgolf teisterde de kusten van de lage landen. Om iets wat aan de andere kant van de oceaan was gebeurd, werd ons land ingewreven dat onze samenleving met terugwerkende kracht racistisch is. Tot in het bot. Staand op 15 centimeter van elkaar in plaats van 150 centimeter bleek BLM veel belangrijker dan Corona. We dachten aardig bezig te zijn met positieve discriminatie, roetveegpieten en het vervolgen van blokkeerfriezen, maar nee, het was niet genoeg. Standbeelden kregen billenkoek en vermomde kindervrienden die de tijdgeest effe niet konden bijbenen moesten in elkaar worden geslagen. Het kan zijn dat ze het zo niet bedoelden, maar wat mij opviel was vooral het hoge wie niet voor ons is, is tegen ons – gehalte.

Maar nu is mijn klomp gebroken. Waar de beschaving erkent dat de holocaust een historisch feit is en dat demonstreren daartegen niks te maken heeft met een grondrecht, maar met desinteresse, domheid of botheid, is protesteren tegen iets dat ook honderd procent wetenschappelijk bewezen is wél een grondrecht. Ja, het bestaan van het coronavirus wordt ook ontkend, evenals de menselijke voetafdrukken in het maanstof en de bolvorm van de aarde. Ik snap wel dat je niet kunt verbieden wat mensen zeggen of denken, ook al is dat bewezen onzin, maar om demonstreren tegen iets wat er gewoon ís een grondwettelijk recht te noemen gaat me te ver. Mogen we met honderdduizend mensen Ede blokkeren omdat we hittegolven ontkennen? Dat je wilt dat iets niet bestaat moet niet verward worden met dat bestaan zelf.

De virusontkenners die mensen belagen omdat ze het virus bestrijden vragen erom. Elke keer als ze dat doen krijgen ze een strafpunt: ze schuiven een plekje naar achteren op de wachtlijst voor zorg die ze hopelijk straks niet vragen van het nu al door het coronavirus overwerkte zorgpersoneel.

Leave a Comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *