Als u (ook) mij de laatste dagen op Twitter heeft gevolgd dan verwacht u hier vast een column over biomassacentrales en dan met name over die 3 in Ede. Ik kan u geruststellen, als beginnend columnist bij ededorp.nl laat ik dit onderwerp (voorlopig) aan mijn meer ervaren collega’s over. Ik pak het wat kleiner aan en schrijf vandaag over die veel kleinere installaties waarvan we er in Nederland inmiddels bijna 1 miljoen (1.000.000) hebben.
Ik lees vandaag in de Gelderlander dat we inmiddels zo’n 300.000 open haarden, 184.000 inzethaarden, 461.000 houtkachels en al 44.000 pelletkachels hebben. Beduidend meer dan we tot nu toe aan biomassacentrales hebben. Tezamen volgens hoogleraar Lars Hein toch goed voor 900 doden door houtstook. Voor de goede (eigenlijk slechte) orde: er sterven in Nederland zo’n 11.000 mensen voortijdig door fijnstof in de lucht. Ja, diezelfde fijnstof die een biomassacentrale in Ede uitbraakt en waarvan die uitstoot zelfs 3 maal hoger dan de norm is.
Afgelopen woensdagochtend reed ik (mee) om op ziekenbezoek te gaan in Harskamp. Onderweg zag ik al een enorme kaalslag in het bos. Van het snoei- en kapafval was een kilometerslange en hoge wal gemaakt. Het zal ongetwijfeld zijn nut voor het natuurlijke leven in het bos hebben en een “goedkope” afscheiding zijn. Ik dacht tot nu toe echter altijd dat dit nu net juist het materiaal was dat men in biomassacentrales verstookte. En dat de gekapte bomen dan naar verwerkingsbedrijven gingen (in mijn plaats van bestemming staat er zo één) waar ze worden omgetoverd tot planken en pallets (niet te verwarren met pellets). En ja, daar komt ook wel eens een aanhangertje openhaard hout vandaan. Toen we in Harskamp aankwamen (10:00 uur in de ochtend) rook ik niet de kenmerkende geur van een plattelandsdorp met varkens- en kalverenstallen, maar de houtkachels. Net zoals ik die op mistige of windstille dagen in Ede ook op onze slaapkamer ruik.
Vooral de zogenaamde “allesbrander” heb ik leren kennen als een apparaat waarvan de eigenaar vaak denkt dat je daar echt alles in kunt verbranden (hetgeen dan weer extra goed te ruiken is). In een consumentenprogramma met als onderwerp het besodemieteren door schoorsteenvegers zag ik tot mijn verbazing iemand die al meer dan 10 jaar zijn schoorsteen niet had laten vegen. Even los van het mogelijke (schoorsteen)brandgevaar wil je niet weten hoe dat gaat stinken en hoeveel fijnstof daaruit vrij komt.
Op Social Media wordt veel stelling genomen tegen het “vrije” stookgedrag van veel mensen. Nog erger wordt het als blijkt dat deze mensen op geen enkele wijze aanspreekbaar blijken te zijn op hun stookgedrag. Laat staan vatbaar te zijn voor de klachten van de direct omwonenden. Dan denk je als gezagsgetrouwe onderdaan: hier ligt een schone taak voor de overheid. Het ‘Schone Lucht Akkoord’ van onze onvolprezen D’66 milieuminister Stientje van Veldhoven. Broddelwerk, als ik de publicaties van hen die er wél verstand van hebben mag geloven. Of is het een alternatief voor het geval dat idee van die andere D’66er over een pil niet door gaat? Ga je gewoon naast een houtstoker wonen.
Ik ben niet zo van de cijfers, maar hier toch even een eigen exercitie op basis van gegevens van Motivaction. 20% heeft een open haard of kachel en 68% ervaart geen hinder van houtstook. In die 68% zit natuurlijk die 20% eigenaren (lijkt me logisch), dan heeft 52% dus wél last. 40% vindt dat er strengere regels moeten komen voor houtstook en 23% wil zelfs een verbod. Samen 63% die actie wil. 35% wil niet dat de overheid zich er mee bemoei, dus 65% wel! En dan de uitsmijter: 68% van de houtstokers is bereid maatregelen te nemen als buren overlast ervaren.
Mijn conclusie en oproep: houtstook in de huidige vorm is, zowel klein als groot, uit den boze en moet streng gereguleerd worden en zelfs in veel gevallen verboden. Verdere uitbreiding moet voor als nog een halt worden toegeroepen. Stop ongebreidelde houtstook en (dus) fijnstof! Ook in Ede!