Kattenbeleid

Ik heb dus een hond, een labradoodle. Zijn voorganger was een Tibetaanse Terrier die de hele dag doorbracht met mediteren maar zo wel 18 jaar wist te worden. Vlak voordat hij dit aardse tranendal verliet schaften we een labradoodle aan en hadden we een tijdje twee honden. Ik heb dat nooit aangegeven bij de gemeentelijke belastingdienst waar ik nu wel voor uit durf te komen omdat ik verwacht dat deze overtreding inmiddels verjaard is.

De huidige hond moet worden uitgelaten en dat doe ik wel eens. Hij poept dan ergens en dan buk ik met een plastic zakje in mijn hand dat ik over de poep heen plaats en dan opraap zodat ik er niet met mijn handen aan hoef te zitten. Dat doe ik overdag.

’s Avonds denk ik dan wel eens van, mwah, ik heb even geen zin om in het donker te zoeken naar een dampende drol en dan laat ik het liggen. Ik zorg er wel voor dat de hond zijn behoefte doet tussen de struiken en kijk eerst om me heen of er ergens een boa rondloopt die mij, of mijn hond, een bekeuring zou kunnen geven. Zo wordt je dus van hondenliefhebber ineens een crimineel.

Het zal de reden zijn dat er dit voorjaar een gemeentelijk ‘alles omvattend hondenbeheersplan’ komt. Niet heel gek met ongeveer 11.000 honden in onze gemeente.

Ik heb dus wel eens zitten denken om de hond in te ruilen voor een kat. Veel makkelijker, die stuur je naar buiten en gaat bij de buren in de tuin zitten schijten. Althans, dat doen de katten uit mijn buurt in mijn tuin. Er is ook een exemplaar dat het buitengewoon lollig vindt om mijn net gepote bloembollen weer op te graven. Andere katten vreten de tuinvogeltjes op. Nou ja, gedeeltelijk, ze laten altijd een stuk liggen dat ik dan weer kokhalzend moet oprapen en weggooien.

Sommige katten vinden het leuk om op mijn auto te gaan zitten, anderen gaan ongegeneerd op de kussens van mijn tuinset liggen pitten. Heel af en toe gaan ze ’s nachts tegen elkaar zitten schreeuwen, die katten, en maken daarbij een onheilspellend geluid. Een soort burlen. In plaats van die kattenruzie direct uit te vechten vinden ze het blijkbaar leuker om een uur lang tegen elkaar te zitten schreeuwen en mij wakker te houden.

Overlast dus. Net als bij honden. Maar er komt dit voorjaar geen alles omvattend kattenbeheersplan. Voor een kat betaal je ook geen belasting. Vreemd. Nou is het tarief van de hondenbelasting in Ede zo laag dat die belasting ongeveer het goedkoopste is aan het hebben van een hond dus daar hoeft niemand zich een buil aan te vallen.

Maar gevoelsmatig leven er in Ede zeker zo veel katten als honden. Ik zou niet weten waarom je voor honden wel belastingen moet betalen en voor katten niet. Nou ja, één reden dan en die heet verkiezingen.

Aan de andere kant: er leven op dit moment vijf miljoen kippen in Ede. Vijf miljoen. Je denkt dat je daar geen last van hebt omdat je nooit in kippenpoep stapt. Je ziet nooit kippen bloembollen uit de tuin graven. Je denkt dat je daar geen last van hebt. Maar de luchtkwaliteit in Ede wordt enorm vervuild door de aanwezigheid van die miljoenen kippen. En die overlast is zonder dat je het direct voelt veel gevaarlijker dan wat poep onder je schoen.

In plaats van honderden uren te steken in onderzoek, beleidsnotities en debatten over katten en honden is het dus beter om de echte overlast aan te pakken: die van de veeteelt in Ede waarvan we 80% exporteren maar voor 100% overlast hebben. 

Vanaf nu dus één euro belasting voor ieder dier groter dan een hamster? De wethouder van financiën zal er blij mee zijn.

1 thought on “Kattenbeleid

  1. Ben je weleens met je fiets (of erger, met je wandelwagen, rolstoel of scootmobiel) door paardenpoep gereden op 1 van de fietspaden rondom Ede?
    Paarden belasting of opruimplicht is er ook niet voor eigenaren van die beesten…

Laat een reactie achter op Annemarie Reactie annuleren

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *